Nederland ligt vol met een infrastructuur voor energie. Nagenoeg iedereen steekt de stekker thuis in het stopcontact en krijgt stroom, of laat een lamp branden door een schakelaar om te zetten. Daarin zijn we een welvarend land. Om zonnepanelen of windmolens aan te sluiten op datzelfde netwerk moet het netwerk verzwaard worden, anders raakt het overbelast. Om de gevraagde capaciteit te kunnen bieden moeten kabels en leidingen worden gelegd of vernieuwd. Daarbij moeten ook trafostations worden uitgebreid en verzwaard. Dat verzwaren van netwerk en trafostations kost tijd en geld. Maar wat heeft nog meer invloed op de locatie van energieprojecten en ons netwerk?
Type energie
Een windpark levert meer energie dan een zonnepark. Er waait meer wind gedurende het jaar dan dat de zon schijnt en zo kan een windpark langer op vol vermogen produceren dan een zonnepark. Met een gelijk opgesteld vermogen wordt er zo meer energie opgewekt met wind dan met zon. De infrastructuur van een netwerk wordt (kosten)efficiënter gebruikt als we meer wind inzetten ten opzichte van zon.
Afstand tot netwerkstation
Als een netwerkstation voldoende voorbereid is om extra stroom te kunnen ontvangen wordt er een kabel gelegd van het netwerkstation naar het te ontwikkelen energielandschap. Hoe langer deze kabel wordt, hoe hoger de aanlegkosten maar ook hoe meer verlies van energie. Een goede afstemming tussen netwerkbeheer en toekomstige plannen is van belang om kosten te besparen.
Clusteren
Wanneer meerdere windmolens en/of zon-op-dak, zon-op-veld worden geclusterd nabij een netwerkstation, kunnen deze allen aangesloten worden op hetzelfde station. Zo hoeft er maar één netwerkstation te worden uitgebreid en blijft er elders ruimte vrij voor bijvoorbeeld zon-op-dak projecten.
Bundelen
Een zonneveld en windpark combineren op een netwerkaansluiting en ontwikkelen op één locatie bespaart kosten. Wanneer de zon schijnt waait het minder en als het hard waait schijnt de zon vaak minder. Bovendien geeft zonne-energie opwek een piekbelasting op de dag en kan het 24 uur per dag waaien. Een goede combinatie kan een besparing opleveren in transport en distributiekosten.
Vraag en aanbod
Waar de vraag naar elektriciteit hoog is kan lokaal opgewekte energie direct afgezet worden. Er ligt wel een uitdaging in de afstemming van vraag en aanbod en er moet gewerkt worden met tijdelijke opslag van energie. Vraag en aanbod dichtbij elkaar brengen heeft invloed op de keuze waar een energielandschap zich gaat ontwikkelen.
De keuzes die we gezamenlijk maken hebben invloed op elkaar en staan met elkaar in verbinding. Allereerst is het gezamenlijke doel van de keuzes die we maken dat we willen bijdragen aan de energietransitie. Daarbij houden we rekening met ruimtelijke kwaliteit, maatschappelijke acceptatie en de kosten van het netwerk die we met z’n allen moeten opbrengen in Nederland. Een zoekgebied voor ontwikkeling van wind- en/of zonne-energie is altijd weloverwogen tot stand gekomen, in afweging van deze vier punten.
Bekijk hier de webinar over de vier hoekpunten die in besluitvorming worden gewogen, waaronder die van de netwerkkosten.
Bekijk hier onze factsheet over het Netwerk.